Liberation Route Europe
Bevrijdingsroute Europa
Van de website van de LRE Foundation
De LRE stichting is een groeiend internationaal, inclusief netwerk dat mensen en organisaties verbindt die zich inzetten voor het behoud en de valorisatie van het materiële en immateriële culturele erfgoed met betrekking tot de Tweede Wereldoorlog, de herinnering en de betekenis ervan. De belangrijkste doelstelling van de organisatie is om deze geschiedenis relevant en toegankelijk te maken, vooral voor de jongere generaties.Liberation Route Europe is een transnationaal gedenkteken. Een route die herdenkingsplekken en verhalen uit heel Europa met elkaar verbindt.
Op de website www.liberationroute.com/nl/ zijn verhalen te lezen over de bevrijding van Europa. Ook zijn er thema-routes in te zien. Vanuit Grolloo is er meegewerkt aan een sub-route, aangesloten op de route Westerbork; Hooghalen (Kamp Westerbork), naar Assen.
Door bottom-up te werken en de inbreng van alle regionale bijeenkomsten te gebruiken, heeft de organisatie van de LRE, vanwege de goede inhoudelijke bijdrage vanuit Grolloo besloten een rondje Grolloo toe te voegen.
Namens Grolloo waren Henk Zeelenberg en Bertus Reinders aanwezig. Het zou immers jammer zijn wanneer ons dorp niet zou worden opgenomen in dit hele verhaal. Iedereen kreeg de mogelijkheid na thuiskomst een formulier in te vullen, voorzien van enkele korte verhalen, foto's of iets dergelijks. Uit alles is een keuze gemaakt en we hebben kans gezien een route te bedenken die zodanig aan de voorwaarden voldeed dat men voornemens is deze op te nemen in het hele verhaal van de bevrijding van Drenthe (Noord-Nederland). Daar zijn we heel blij mee.
Het verhaal van Grolloo is het verhaal van Jan Arends; Lou van Lochem; Arie Normeijer; Bé van der Wal; Henk Meems; Gesinus Lunsing; maar ook van hetgeen vader en grootvader Reinders ooit eens hebben verteld. Genoemde verhalen overlappen dusdanig dat redelijkerwijs een goed samenhangend verhaal kan worden verteld.
Route door Grolloo
In onderstaand plaatje gaat het om de blauwe route. In rood is een route getekend die langs de locatie van de in brand geschoten boerderijen op de dag van de bevrijding. In geel een route over het kerkhof, waarbij de oorlogsgraven kunnen worden bezocht.
De route is een optie, behorende bij de route vanaf Westerbork naar Kamp Westerbork en dan via Amen, Ekehaar naar Assen. De route sluit in Ekehaar weer aan op eigenlijke route. Op bepaalde plaatsen langs de route krijgt men een koppeling naar een door ons opgegeven verhaal.
Vanaf Kamp Westerbork gaat de route langs het monument richting de uitkijktoren bij het Halkenbroek. Hier wordt het verhaal van de parachutisten verteld.
Verhaal Parachutisten
De dagen voor de bevrijding van Grolloo op 12 april, landen parachutisten is het gebied van Halkenbroeken tot op Vredenheim ten westen en rond het gebied De Moere ten oosten van het dorp.
Vanaf het Kamp Westerbork werd de omgeving bekeken vanuit de wachttorens rond het kamp. Er werd jacht gemaakt op de para’s, maar deze werden geholpen door de verzetsgroep Leever, waarbij ook de in het gebied wonende Bote ter Steege was betrokken. Goedwillende bewoners van het gebied boden ook hulp.De landingen waren van het JEDBURG Team DICING en maakten onderdeel uit van de operatie Amherst in begin april 1945.
Para’s waren in het bezit van kaarten, waarop was aangegeven bij welke boerderijen men wel of niet kon aankloppen. Het verzet had de geallieerde troepen voorzien van informatie over waar NSB aanhangers woonden.
Jongeren vanuit het dorp waren op zoek naar vogeleieren, maar vonden parachutes. Er werd geschoten vanaf een hoge brandtoren nabij het kamp. Deze toren werd later door de Franse para’s opgeblazen. De jongeren vluchten terug naar het dorp via de destijds aanwezige zandwegen. Deel vergezeld van te werk gestelde mannen. Op weg richting de Vredenheimseweg werden Franse para’s gespot.
Via het bosje van de familie Franken (Frankensbos in de volksmond) kom je op de Vredenheimseweg en loop je zo Grolloo binnen. De Vredenheimseweg loopt langs De Berenkuil. Hierin stond destijds de veel later afgebrande villa waar zich Duisters hadden verschanst. Tijdens de bevrijding op 12 april 1945 werden hier de laatste Duitsers opgebracht.
De Staatsbossen waren kort voor de oorlog gepland en de bomen waren dus nog maar klein. De afstand van het kamp tot Grolloo is slechts 4 km en de zoeklichten van het kamp waren in Grolloo goed te zien.
De parachutisten werden geholpen, maar dat was een gevaarlijke actie. In het nabij gelegen Schoonloo werden caféhouder Frederik Klaassens en zijn zoon Jantinus opgepakt, omdat zij zouden hebben geholpen. Zij zijn diezelfde avond nog gefusilleerd te Schoonoord. Hun graven liggen op het kerkhof te Grolloo.
Via het fietspad gaat het dan richting Ieberenplas, maar ter hoogte van de voormalige weg naar Elp gaat de route richting Grolloo. Voor het veen kan men de bomkrater bezichtigen. Men loopt het staatsbos uit en gaat via de Soartendijk, rechts de Heetlagendijk op en dan via het "Paasvuurbosje" naar de Schoonloërstraat. Hier wordt met de blik richting Grollerholt stilgestaan bij de in brand geschoten boerderijen.
Via de Schoonloërstraat loopt men het dorp in. Ter hoogte van nummer 8 wordt stilgestaan bij het feit dat de zoeklichten van het kamp hier nog gezien werden. Op de foto Schoonloërstraat 8. Het stond in die tijd helemaal op de vlakte. Alleen de melkfabriek stond een goede 50 meter verder naar het Zuiden.
Even verderop wordt verwezen naar de oorlogsgraven op het kerkhof. Na de kerk gaat het richting Middenstreek. Er wordt stilgestaan bij de Vredesboom.
Verhaal Vredesboom
Een Drents dorpje, onder de rook van Kamp Westerbork, kende naast NSB-ers ook het verzet. Iedereen kende iedereen. Je wist alles van elkaar. Ruimte was er voor mensen, vooral kinderen, uit het westen. Dan eindelijk de bevrijding en hoe deze door kinderogen is ervaren. Als teken van vrijheid plantten Canadese bevrijders, samen met schoolkinderen een Canadese Rode Beuk met daaronder een fles.
Verhalen te lezen op oldgrol.nl
Grolloo werd op 12 april 1945 bevrijd door de Canadezen. Zij werden hierbij geassisteerd door Franse Parachutisten. De verhalen worden beschreven door vier mensen die ten tijde 8 tot 12 jaar oud waren. Twee van hen woonden in Grolloo. De andere twee kwamen hier door honger gedreven. De ene met zijn ouders, maar de ander werd als kleine jongen met een binnenvaartschip vanuit Amsterdam naar hier gebracht om een goede plek zoeken. De bevrijding beschreven door de ogen van deze kinderen. De enorme indruk die dit bij hun heeft achtergelaten. In brand geschoten boerderijen, het vinden van een parachute en dan eindelijk de komst van de eerste Canadese voertuigen. Bevrijding.
Het verhaal van:
Arie Notmeijer, als kind vanuit Amsterdam naar Drenthe gekomen om de hongerwinter te overleven. ARIE
Lou van Lochem, Den Haag, herschreef het verhaal van zijn vader. Aangevuld met zijn herinneringen. LOU
Bé van der Wal, Grolloo, beschreef de belevenissen vanuit hun woning en de kwajongenstreken. BE
Jan Arends, Grolloo, met een beschrijving die zo in een spannend jongensboek zou passen. JAN
Overlevering
Wanneer je geboren en getogen bent in een klein dorp als Grolloo, weet je veel van haar inwoners. Zeker in de eerste 40 jaar na de oorlog, wanneer er nog weinig inwoners naar elders vertrekken. Je hoort de verhalen van je vader en je grootvader. Van Frans sprekende soldaten (parachutisten) die met een kaart van het dorp aan de achterdeur van de boerderij om inlichtingen vroegen. Een kaart waar precies op stond vermeld waar men wel en niet kon aankloppen. Wel of geen NSB. Maar ook van een Duitse vrachtwagen die in de boerderij was geplaatst om te kunnen gebruiken wanneer men moest vluchten. Deze wagen is totaal gesloopt door grootvader en zijn broer, die smid was in het dorp. De onderdelen werden onder het hooi verstopt. Toen de Canadezen het dorp inreden waren de Duitser te voet of op gevorderde fietsen richting Rolde.
NSB en Verzet
Grolloo kende armoede in de crisisjaren. Het verhaal van de NSB was een verhaal vol belofte. Veel mensen werden hierdoor aangetrokken, ook in Grolloo. De NSB was een politieke groepering. Je had foute, maar ook zeker goede NSB-ers. De Franse Para’s wisten dus waar men moest zijn. Het verzet zorgde dat deze belangrijke informatie bij de geallieerden kwam. In het gebied tussen Amen en Grolloo werden droppings gehouden, materiaal voor het verzet werd daar uitgeworpen. Het verzamelen van deze spullen was zeker niet zonder gevaar. Midden in het veld bij Vredenheim stond een boerderij van de familie Ter Steege. Nooit zullen we alles weten, maar we weten dat zoon Jan is gesneuveld en zoon Bote zat in het verzet. BOTE
Een deel van de Europese route loopt door Grolloo
We weten op dit moment niet wanneer de route helemaal gereed is en verwerkt op de website van de LRE. In Grolloo willen we in ieder geval de route rond maken, waarbij wij door middel van QR-codes of anderszins digitaal de verhalen beschikbaar stellen op de plaatsen, zoals dat nu bepaald is. We zullen naast een wandelroute ook een fietsroute gaan maken.
Verantwoording
Naast de genoemde verhalen moeten we hier de volgende noemen:
- De verhalen van vader Tieme† en grootvader Bertus Reinders sr†., geregistreerd door Bertus Reinders jr.
- Onderzoek Werkgroep Old Grol, Gesinus Lunsing en Henk Meems en Bertus Reinders
- https://geschiedeniscoevorden.nl/vader-en-zoon-klaassens
- Informatie uit de “Kloetschup” het blad van het Rolder Historische Gezelschap
- https://www.4en5mei.nl/oorlogsmonumenten/zoeken/4463/grolloo-vrijheidsboom
- Dagblad van het Noorden
De Jedburghs
Tekst aangeleverd door Harold de Jong
Operatie Jedburgh was een initiatief van het Britse Special Operations Executive (SOE) en het Amerikaanse Office of Strategic Services (OSS). Deze militaire instanties beschikten over een gezamenlijk hoofdkwartier in Londen.
De Jedburghs onderscheidden zich van andere Special Forces, zoals commando`s en de Britse Special Air Service (SAS), door het gewapende verzet aan te sturen in plaats van eigenhandig gevechtshandelingen te verrichten.De Jedburghs waren vrijwilligers die al een volledige militaire opleiding hadden doorlopen. Na een maand paramilitaire training bij de opleidingsfaciliteiten van de SOE werden de Jedburghs gestationeerd op het landgoed Milton Hall in het Engelse Cambridgeshire. Hier kregen zij de speciale opleiding tot geüniformeerde militaire agenten.
De laatste Jedburgh-teams werden in Nederland ingezet. Dit waren de teams met codenamen zoals Dicing. Team Dicing, met de Neder- landse kapiteins Arie Bestebreurtje en Carel Ruijsch van Dugteren, werd op dropzone 8 binnen de stick Larralde afgeworpen.
Bestebreurtje was in eerste instantie bij Lageze ingedeeld maar toen die de eerste avond niet kon starten heeft hij zichzelf toegevoegd aan de stick Larralde. Majoor Harcourt werd gevangengenomen en op 30 april uit het krijgsgevangenenkamp Wesermünde bij Bremen bevrijd. Kapitein Bestebreurtje brak bij de landing een enkel en werd na enkele dagen bij een lokale boer verzorgd.
Ruijsch van Dugteren kon zich vrijwel direct na de landing in verbinding stellen met de verzetsgroepen in Assen en Rolde. Het lukte hen om de telegrafist van het Jedburghteam, sergeant Somers, te vinden en in contact te brengen met Ruijsch van Dugteren. Zij zorgden ervoor dat er in de avond van 10 april wapens werden gedropt, gaven instructie, organiseerden gevechtsgroepen en lieten waardevolle meldingen naar Londen doorseinen.
Hoewel het team door de tegenslagen niet ten volle aan de opdracht kon voldoen leverden Ruijch van Dugteren en Somers hiermee wel een nuttige bijdrage aan de bevrijding van Drenthe.